Datum en plaats van geboorte:
850 (Namen, Zuid-Frankrijk)
Datum en plaats van de dood:
917 (Ootmarsum)
Feest:29 november
Woonde in: Deventer, Utrecht
Relikwieen: Grote of St. Lebuïnuskerk, Grote Kerkhof 38, 7411 KV Deventer
Radboud werd geboren uit een aanzienlijke Frankische familie in de buurt van Namen. Zijn moeder was van Friese afkomst en een afstammelinge van de Friese koning Radboud (gestorven in 719). Radboud begon zijn studie in Keulen van 850 en zijn studie voort aan de hofschool van de West-Frankische koning Karel de Kale (843-877), wiens kapelaan hij werd. Na Karels dood trad hij in als benedictijner monnik in het beroemde Sint-Martinusklooster van Tours. In 899 werd Radboud tot bisschop van het bisdom Utrecht gekozen. Omdat de bisschopsstad nog bezet werd door de Noormannen, koos hij Deventer als standplaats. Hij ijverde met grote kracht voor de wederopbouw van kerken en kloosters, alsmede voor de verdieping van geloof en wetenschap onder de kerkelijke bedienaren. Na verloop van tijd nam hij zijn intrek in Utrecht. Tegen het einde van zijn leven trok hij zich weer terug te Deventer.
De Vita Radbodi , opgesteld in de jaren 960, beschrijft de bisschop van Utrecht als een ideale prelaat, begiftigd met tal van deugden en die tijdens zijn leven zijn heiligheid heeft bewezen. Volgens deze bron was Radbod zeer matig in voedsel, hij dronk alleen water, en de hele tijd dat hij de bisschopszetel leidde, bleef hij kloosterkleding dragen en vermeed het hofleven. De Vita Radbodi schrijft aan Radbod de gave van goddelijke vooruitziendheid toe: drie jaar voor zijn de dood kende hij al de exacte datum en de naam van zijn opvolger, en voorspelde hij ook dat de heersers van de Oost-Franken de keizerskroon in Rome zouden ontvangen. Hij was een vriend van noodlijdenden die zich met grenzeloze ijver toelegde op de beoefening van de barmhartigheid. Bovendien straalde hij tegenover iedereen vreugde uit.
Radboud werd ziek op een missiereis in Drenthe, en stierf op 29 november 917 te Ootmarsum. Zijn lichaam werd naar Deventer overgebracht, waar hij ook werd begraven. Voor zijn heiligverklaring was het destijds voldoende dat zijn beenderen tijdens Balderiks bewind verheven werden (elevatio) uit het graf naar het altaar in de St.-Lebuinuskerk.
De relieken van Sint Radboud zijn tijdens de Reformatie en de Nederlandse Revolutie gered en tegenwoordig zijn de meeste in de kerk van Deventer, en sommige in Assen.
Zijn feestdag is 29 november.